Eten van vroeger: dit stond er op het menu
De meeste ouderen doe je een groot plezier met eten van vroeger. Zij genieten van de bekende smaken en van de fijne herinneringen die traditionele gerechten oproepen. We zetten alle klassiekers voor je op een rij.
Eten van vroeger heeft de voorkeur
Tegenwoordig kunnen we alles eten wat ons buikje begeert. Voor elke smaak is er wel een restaurant te vinden en ook in de supermarkt kunnen we kiezen uit gerechten van alle werelddelen. Toch blijkt uit onderzoek dat de meeste ouderen vooral genieten van de gewone pot: vertrouwde gerechten die zij veelal van vroeger kennen. Met een maaltijd bestaande uit aardappels, groente en vlees of soep met brood gooi je waarschijnlijk hogere ogen dan met een currygerecht of paella. Dat eten van vroeger zo geliefd is onder ouderen heeft niet alleen met smaak te maken, maar ook met een gevoel van nostalgie. Wil je als zorginstelling het eetplezier van de cliënten of patiënten vergroten, dan is het dus goed om regelmatig gerechten van vroeger op het menu te zetten.
Eten zoals vroeger: inspiratietips
Wat aten we vroeger dan? Met deze klassieke gerechten kun je de cliënten of patiënten laten genieten van eten zoals vroeger.
- Hete bliksem met bloedworst
Hete bliksem is een stamppot van aardappels, appels en uien. De stamppot dankt zijn naam aan de appels, die lang heet blijven. Veel ouderen zijn van huis uit gewend om hete bliksem met gebakken bloedworst te eten.
- Hollandse stamppot
Een echte Hollandse klassieker is natuurlijk de stamppot. De bekendste zijn toch wel de stamppot rauwe andijvie, zuurkoolstamppot, hutspot en stamppot boerenkool. Een kuiltje in het midden voor de jus en natuurlijk met rookworst en uitgebakken spekjes.
- Jachtschotel
Jachtschotel is een ovengerecht met runderriblappen, aardappels, uien en appels. Oorspronkelijk werd dit gerecht vaak in het weekend gemaakt met de kliekjes van de afgelopen week.
- Blote billetjes in het gras
Deze vrolijk klinkende en ogende stamppot bestaat uit aardappels, snijbonen en witte bonen en wordt van oudsher met rookworst gegeten.
- Huzarensalade
Nog zo’n Hollandse klassieker is huzarensalade. Dit bijgerecht bevat aardappel, augurk, ei, ham en zilveruitjes.
- Wentelteefjes
Oud brood weggooien? Dat deed je vroeger niet. Het brood even onderdompelen in een mengsel van ei, melk, kaneel en vanillesuiker, even kort bakken en je hebt heerlijke wentelteefjes.
- Soep
Tomatensoep met balletjes, kippensoep, groentesoep en natuurlijk erwtensoep, deze traditionele soepen doen het eigenlijk altijd goed.
- Bruine bonen met spek en stroop
Ondanks Bartjes ‘Ik bid nie veur brune bonen’ is het gerecht bruine (gedroogde) bonen met spek en stroop een echte gouwe ouwe.
- Kropsla
Voorgesneden sla? Dat was er vroeger nog niet. Mensen sneden zelf de kropsla en voegden daar ei, komkommer, tomaat, zilveruitjes en slasaus aan toe.
- Rijstepap
Rijstepap is een zoet gerecht van in melk gekookte rijst met suiker en vanille. En nog altijd lekker voor het ontbijt, als tussendoortje of als nagerecht.
Gerechten van vroeger met een twist
Voor het gevoel van herkenning kan je gerechten van vroeger ook serveren met een twist. Dit zijn een paar ideeën ter inspiratie:
- Serveer zoveel mogelijk seizoengroenten
Tegenwoordig eten we het hele jaar door waar we trek in hebben, terwijl mensen vroeger veel meer volgens het seizoen en van eigen bodem aten. Als zorginstelling is het goed om daar in deze tijd ook weer naar te streven. Het is sowieso duurzamer, omdat seizoengroenten minder afstand afleggen. Ook zijn seizoengroenten over het algemeen vaak goedkoper. Bovendien zijn ze ook nog gezonder én is de smaak beter door de versheid.
- Maak van woensdag weer gehaktdag
Voor veel Nederlanders was woensdag vroeger gehaktdag en vrijdag visdag. Maak je hier weer een gewoonte van, dan is dit voor de cliënten of patiënten herkenbaar én iets om naar uit te kijken.
- Voeding van vroeger voor extra beleving
De uitdrukking ‘Wat de boer niet kent, dat (vr)eet hij niet’, is wat te kort door de bocht, maar voor de meeste ouderen geldt het tegenovergestelde wel. Van eten dat zij herkennen, kunnen zij over het algemeen meer genieten dan van de exotische gerechten. De samenwerking tussen de ogen en de hersenen speelt daarbij een grote rol. Kunnen de hersenen een verband leggen met het eten, dan vergroot dit de smaakbeleving. Daarnaast brengt voeding van vroeger een nostalgisch gevoel teweeg en dat heeft weer een positief effect op de gemoedstoestand en daarmee op de beleving van de maaltijd. De fijne herinneringen die het vertrouwde eten oproept, zorgen er ook nog eens voor dat cliënten of patiënten met meer smaak en plezier eten. En er is nog een goede reden om eten van vroeger op het menu te zetten: het is een teken van gastvrijheid. Als zorginstelling wil je natuurlijk dat alle cliënten of patiënten zich zoveel mogelijk thuis voelen. Eten serveren dat vertrouwd voelt en waar zij blij van worden, draagt daar enorm aan bij.
Benieuwd naar onze tips voor gastvrijheid?
Wil je meer weten over hoe je als zorginstelling optimale gastvrijheid kunt bieden? Download dan onze whitepaper ‘8 tips voor gastvrije zorg’.
Download whitepaper >