In de zorg wordt steeds meer aandacht besteed aan de beste voeding voor cliënten en patiënten. Een belangrijk aspect hiervan is de eiwittransitie. In dit artikel bespreken we wat eiwittransitie precies inhoudt, waarom het belangrijk is in de zorg, en wat de voordelen en uitdagingen zijn van het overschakelen naar meer plantaardige eiwitten.
Eiwittransitie verwijst naar de verschuiving van het eten van dierlijke eiwitten naar plantaardige en alternatieve eiwitbronnen. In Nederland komt momenteel ongeveer 61% van de eiwitten uit dierlijke voedingsmiddelen en 39% uit plantaardige bronnen. Om de klimaatdoelen van Parijs te bereiken, is het streven om tegen 2030 deze verhouding te veranderen naar minimaal 60% plantaardig en 40% dierlijk. Dit is belangrijk, omdat de vlees- en zuivelindustrie een grote bijdrage levert aan de CO2-uitstoot, en de groeiende wereldbevolking vraagt om duurzamer oplossingen.
Eiwitten zijn belangrijk voor het lichaam. Ze vormen de bouwstenen van cellen en weefsels en dragen bij aan instandhouding van de botten en de spieren. Patiënten en cliënten, vooral degenen die ziek zijn of herstellen na een operatie, hebben een verhoogde eiwitbehoefte. Te weinig eiwitten binnenkrijgen kan het herstelproces belemmeren en de gezondheid negatief beïnvloeden.
Dierlijke eiwitten komen voor in vlees, eieren, zuivel en vis. Ook veel plantaardige voedingsmiddelen bevatten eiwitten. Eiwitrijke plantaardige voedingsmiddelen zijn onder andere peulvruchten, tempé, tofu, noten en zaden.
Eiwitten zijn eiwitten, zou je kunnen denken. Toch klopt dat niet helemaal. Dit zijn de verschillen tussen plantaardige en dierlijke eiwitten:
Zowel dierlijke als plantaardige eiwitten bestaan uit aminozuren. Dierlijke eiwitten bevatten alle essentiële aminozuren in de juiste verhoudingen, terwijl plantaardige eiwitten vaak niet compleet zijn. Dit kan worden gecompenseerd door verschillende plantaardige eiwitbronnen te combineren, zoals volkorenbrood met notenpasta of rijst met bruine bonen.
Dierlijke producten zijn doorgaans rijker aan eiwitten dan plantaardige producten. Vlees bevat bijvoorbeeld tussen de 20% en 30% eiwit. Om voldoende eiwitten uit plantaardige bronnen te halen, is een grotere consumptie nodig, wat een uitdaging kan zijn voor patiënten met een verminderde eetlust.
De verteerbaarheid van plantaardige eiwitten is over het algemeen lager dan die van dierlijke eiwitten. Dit betekent dat een grotere hoeveelheid plantaardige eiwitten nodig is om dezelfde hoeveelheid essentiële aminozuren te verkrijgen. Dit is belangrijk bij het plannen van maaltijden voor patiënten.
Het nemen van grote hoeveelheden dierlijke eiwitten, vooral rood en bewerkt vlees, kan gezondheidsrisico's verhogen, zoals hart- en vaatziekten en bepaalde vormen van kanker. Daarnaast draagt de productie van vlees aanzienlijk bij aan milieuproblemen, waarbij rundvlees een veel hogere milieubelasting heeft dan kip of varkensvlees.
Plantaardige eiwitbronnen bieden diverse gezondheidsvoordelen, zoals een hogere inname van vezels en onverzadigde vetten. Bovendien hebben plantaardige eiwitbronnen een aanzienlijk lagere milieubelasting dan dierlijke producten. De productie van peulvruchten veroorzaakt bijvoorbeeld een tien keer lagere CO2-uitstoot dan de productie van rundvlees. Bovendien draagt het vervangen van dierlijke eiwitten door plantaardige bij aan het welzijn van dieren.
De markt voor plantaardige eiwitten groeit snel, met een breed scala aan nieuwe producten zoals vleesvervangers en innovatieve eiwitbronnen zoals algen en insecten. Deze ontwikkelingen bieden meer mogelijkheden om gevarieerde en voedzame maaltijden aan te bieden in de zorg, zonder de nadelen van traditionele dierlijke eiwitten.
In de ouderenzorg speelt de eiwittransitie nog niet zo sterk. Ouderen zijn vaak minder gericht op plantaardig eten, wat deels te maken heeft met gewoonten en smaakvoorkeuren die in de loop der jaren zijn ontwikkeld. Het is begrijpelijk dat deze verandering langzaam verloopt, aangezien veel ouderen gewend zijn aan dierlijke eiwitbronnen zoals vlees en zuivel. Toch is het belangrijk om hen geleidelijk aan vertrouwd te maken met plantaardige alternatieven. Dit kan bijvoorbeeld door het aanbieden van smakelijke en herkenbare gerechten die langzaam meer plantaardige ingrediënten bevatten.
De eiwittransitie is een noodzakelijke ontwikkeling binnen de zorg om zowel gezondheids- als milieudoelen te bereiken. Het bewust en strategisch vervangen van dierlijke eiwitten door plantaardige alternatieven kan bijdragen aan een gezondere en duurzamere toekomst.